“Ik heb gewonnen”, riep hij. Daan, de roodharige, drukke Daan, slenterde naar me toe. “Kijk”, zei hij zacht, “hier heb ik hem, in mijn zak.” In de zweterige handpalm, die hij een eindje uit zijn broekzak trok, lag een knikker. Een mooie. Een katoog. In drie kleuren: rood, wit en blauw. “Mooi!”, zei ik. “Ga je hem opgooien? Kan nog best. De pauze is nog niet voorbij. Daar moet je zeker meer mee kunnen winnen.” Hij keek me aan of hij water zag branden. “En als ik verlies? Dan ben ik hem kwijt!” “Het risico van het spel.”
Aarzelend liep hij naar het groepje jongens dat stond te joelen om het knikkerpotje onder de plataan, midden op het plein. Gevaarlijk spel, zag ik. Eén had een bonk opgegooid. De volgende was aan de beurt. Daan hield zijn handen diep in zijn broekzakken, bobbelig van de knikkers. Wat zou hij doen? “Kom je, Daan?” Hij schudde zijn hoofd: “Ik heb geen zin meer.” “Ah, kom op nou! Je hebt toch wel een bonk?” Hij haalde zijn neus op, trapte een paar keer tegen de boom, en liep naar het bankje, even verderop. Toen hij met een plof ging zitten, zag ik hoe ongelukkig hij keek.
De volgende ochtend kwam Daan te laat. Dat gebeurde nooit, hij was altijd een van de eersten. Nog even een balletje trappen op het plein. Of knikkeren. Toen hij de klas inkwam, zag ik het al: rode ogen. “Kom even mee de gang op”, zei ik. “Waarom ben je zo laat?” “Die rottige geluksknikker. Ik was zo bang om hem kwijt te raken! Vanochtend ben ik naar de vierde verdieping gegaan. Vanaf de galerij gooide ik hem naar beneden. Kijk: in duizend stukjes.”
Tranen rolden over zijn wangen. De angst voor verlies had gewonnen van zijn geluksgevoel.
——————————————————————————————————————-
Dit is een verhaal in de serie WE-300, een schrijfuitdaging van Plato (Hier kun je meer leuke, spannende, bijzondere WE-verhalen vinden). Het werkt als volgt: Schrijf een tekst van 300 woorden, waarin het sleutelwoord niet mag voorkomen. In dit geval was het verboden woord: scoren.
Ach gossie.
Wat een mooi stukje!
Broos geluk.
Ah wat jammer, en hij was er nog zo zuinig op geweest. Top verhaal!
Pingback: WE-300, geniet u mee van een zonnig Brazilië? | Platoonline
Wat heb je dit mooi en met gevoel beschreven. Een kind dat de harde werkelijkheid een stap voor wil zijn en daar zelf de dupe van wordt. Het gebeurt ons volwassenen ook vaak, maar een kind gun je dat niet. Hopelijk heeft juf hem een ferme aai over de bol gegeven.
Zie je nou… ik zit er helemaal in. Prachtverhaal.
Je hebt dit echt fantastisch geschreven en zo’n origineel verhaal! Alles klopt: de zweethanden, de bonken, het winnen, het verlies en een ervaring voor het leven rijker. Mooi!
Groetjes Kakel
Ach gut… En toen vernietigde hij rucksichtlos zijn – op dat moment – dierbaarste bezit. Hopelijk groeit hij over dit karaktertrekje heen want anders maakt hij het zichzelf in de toekomst knap moeilijk. Wel weer een prachtige WE – je ZIET het schoolplein zo voor je. Heerlijk.
Ach, wat jammer zeg. Maar aan de andere kant, de zorgen zijn nu ook weg.
Een mens lijdt het meest door het lijden dat hij vreest. Wat Rebelse Huisvrouw al zegt; hopelijk groeit hij er overheen… Mooi stukje!