Ineens miste ik haar. Eerst was het me niet eens zo erg opgevallen, maar plotseling drong het tot me door: al een paar dagen had ik haar niet gezien.
Als ik ’s morgens de luxaflex omhoog trok, zag ik haar meestal al druk in de weer. Een doodenkele keer duurde het een tijdje voor ze zich vertoonde, maar uiteindelijk zag ik haar altijd. Ze zag mij ook, dat weet ik zeker. Maar ze zou niet gauw contact maken; ik was anders, zoveel had ze me wel duidelijk gemaakt met haar lichaamstaal. We hadden niet zoveel gemeen. Ze leek ook wel een beetje mensenschuw.
Altijd was ze bezig. Terwijl ik uitgebreid ontbeet, krantje erbij, gunde zij zich geen rust. Ze was al uren op en aan de slag. Er moest kennelijk veel gebeuren; de boel moest aan kant. Vanuit mijn raam zag ik het wel: steeds maar rennen en vliegen. Een bezig bijtje. En altijd volgens een vast stramien. Daar week ze niet van af. Zo perfectionistisch; ze zou niet gauw een steekje laten vallen.
Vreemd. Ze kon er toch niet zomaar vandoor zijn? Ze leek me zo honkvast. Ze woonde naar mijn idee heel gerieflijk: een rustig plekje, mooi uitzicht, ’s middags volop zon. En best aardige buren. Meer van haar slag dan ik. Ook altijd druk in de weer en geen tijd voor iets anders. Trouwens, ik had het moeten merken, wanneer ze echt over opbreken en verhuizen had gedacht.
Maar toch, moest ik me ongerust maken? De laatste tijd kwam er wel eens iemand aanwaaien. Dat was me opgevallen. Maar ik kreeg niet de indruk dat ze belaagd werd. Voor zover ik zien kon, werd het bezoek op gepaste wijze ontvangen en, op haar manier, in de watten gelegd.
Het zat me niet lekker. Er zou toch niet iets engs met haar zijn gebeurd? Een indringer of zo? Dat hoor je tegenwoordig maar al te vaak. Zou die vreemde vogel, die ik daar laatst langs zag gaan, het op haar gemunt hebben? Ik vreesde het ergste.
Toen ik de volgende ochtend nog steeds geen beweging zag, trok ik de stoute schoenen aan. Erop af, dan maar.
Ze was in geen velden of wegen te bekennen. Het web was leeg.
Rond herfst zijn er veel van deze nieuwe buren.
Helaas is er soms opeens web-leegstand.
Leuk geschreven!
Dank je Michiel. Ja, het stikt van deze nieuwe buren, dit jaar zelfs meer dan anders. Nu hangt er voor het andere raam weer een web met spin. Ben benieuwd.
Ik zat aan een duif te denken hihi
Mooi verhaal en foto Corja 🙂
Had ook gekund, Laura. Die zitten hier ook. Dat die foto gelukt is, verbaast me nog steeds.
Hihihi zo zie je maar een toetje op je verhaal…Life is full of surprices 😉
Die zag ik niet aankomen, ha ha!
🙂
Heel knap geschreven. Een mini thriller.
Spannend tot het eind. 😉
Haha grappig, na de eerste twee zinnen moest ik meteen aan een spin denken, Eerlijk voordat ik de foto gezien had. Mooi verhaal 😉
Wat goed van je, Anneke! Je kunt er trouwens niet omheen in deze tijd van het jaar. 🙂
En ik dacht aan mijn overbuurvrouw, die ook altijd ’s ochtends vroeg al de ramen wast. Ik vreesde dat er iets ergs gebeurd was met jouw buurtbewoonster. Een thriller indeed. Goed gedaan zeg!
In eerste instantie dacht ik aan die dikke spin voor mijn raam, maar mijn achterbuurvrouw is net zo iemand. Zij zat ook wel in mijn achterhoofd!
Verrassend leuk geschreven!
Er zitten twee dikke knoeperds tussen de struiken voor mijn raam, op ooghoogte.
Zelfs een verdwaalde vlinder haalde het niet…
O ja, eentje zit op de auto achter de spiegel van mijn linkerbuitenspiegel.
Na het rijden is een uurtje stil staan voldoende om het web te herstellen.
Net juffrouw Mier, maar dan anders. 🙂
Wat aardig van je om mevrouw spin af en toe een autoritje te gunnen; zo komt ze nog eens ergens. Geweldig om te zien hoe zo’n web in no time hersteld wordt!
Bij ‘ze zou niet snel een steekje laten vallen’ had ik het natuurlijk kunnen weten. Goed geschreven.
Dank. Ja, had gekund. Ik heb aan nog meer uitdrukkingen gedacht, maar dan had ik de clou zo weggegeven (geen goed garen mee te spinnen, elke dag een draadje, de touwtjes in handen hebben, de draad kwijtraken, enz).
Een spin… anders bekeken. Zolang ze buiten blijven ben ik fan 😉
Ja, Anna, ik heb ze ook liever buiten dan binnen. Ik vind het wel fascinerend om te zien hoe zo’n web gemaakt wordt en later gerepareerd. Heb muggen, vliegen e.d. omwikkeld zien worden en leeggezogen…. Wat is de natuur toch mooi 😉
Oh ja, stom hé ben ik vergeten te zeggen hoe leuk dit is geschreven 🙂
Dank!
Prachtig…. bij mij zou er een totaal ander verhaal uitrollen,….. vanuit de spin gezien die het iedere morgen aan de stok heeft met dat domme mens die iedere morgen wéér de tuin in loopt en z’n harde werken teniet doet …..en dan nog loopt te mopperen óók!
Ja, snap ik, want dat plakt en kriebelt en voelt vies…. Maar een spin in een joekel van een wielweb zo vlak voor mijn raam (wat ik niet hoefde te lappen!) was wel mooi en leerzaam.
Superspannend en met verrassende ontknoping!
Blew, wat mij nog het meest verraste was dat ze een paar dagen later ineens weer verscheen en als een razende het web begon te herstellen. Daarna verdween ze weer. Naar een web ongeveer vijftig centimeter hoger, bleek later. Nieuwe woning, dus toch verhuisd…..
Wat een leuke!
Misschien dat er wel weer een nieuwe komt ‘aanwaaien’. Kan zomaar gebeuren tijdens de herfst… 😉
Dank je, Wondelgijn. Kijk maar even bij de reactie hierboven! 🙂
Ik zag echt een vrouwtje voor me die maar aan het poetsen en boenen was.
Een leuke verrassing weer aan het einde.
Ik dacht ook aan mijn achterbuurvrouw, die elke dag poetst en boent, zeker nu ze weduwe is geworden. Beetje sneu ook wel. Bij haar is het trouwens ook een vorm van overleven, net als bij die dikke vette kruisspin. (Die ik trouwens beter verdraag dan zo’n joekel van een zwarte huisspin, die net om het hoekje van de wc-deur op de loer ligt als je er ’s nachts uit moet. Brrr. Die gaat linea recta naar buiten!)
Hahaha, ik dacht heel even dat t om n kat ging. Tot er stond: ‘steeds maar rennen en vliegen’…
Mocht je weer zonder zitten, je mag de spin hebben die al dagen voor mijn keukenraam hangt. Ik ben erop uitgekeken!
Haha, nee het ging niet over een van de honderd katten hier in de buurt. Liggen en blijven liggen, geen stap op zij. Dank voor je aanbod, maar nee dank je, geen behoefte aan; ik ben voorzien 😉
Ik dacht aan een straatkat, maar een spin is ook een ding waar je aan gehecht kunt worden.
Klopt, maar het meest raak je nog gehecht aan het web. Yech, wat kleeft dat!
Haha, hij is leuk Corja! Het was door de foto dat ik toch wel aan een spin dacht (je gaf de clou eigenlijk zelf al weg!) maar dat maakt niet uit: het verhaal is en blijft enig!
Dank je. Ja, ze verraadde zichzelf. 😉
Wat een heerlijk verhaal. Door de foto bovenaan dacht ik in eerste instantie aan zo’n mevrouw uit Volendam. Die zijn, dacht ik ook eeuwig aan het poetsen.
Dag cornma, welkom op mijn blog. De header van dit blog is (op dit ogenblik) het stadhuis van Zaanstad. Of daar zo hard gewerkt wordt…… dat laten we maar in het midden. 🙂
Ik dacht helemaal niet aan een spin. Ik dacht aan een oude buurvrouw. Dus verkeerde been. ook niet erg want het gebeurde kundig en dan is het altijd goed. Pracht verhaal.
Bij het schrijven dacht ik zowel aan de spin voor mijn raam als aan mijn achterbuurvrouw. Zo’n spinnenweb zou het bij haar niet lang hebben uitgehouden. (Maar aardig is ze wel!)
Je zette me dat bijna aan het einde op een dwaalspoor.Ik moest ook denken aan de oude buurvrouw waar ik aanloop alsik ze een paar dagen niet bezig zie.want ooit was ze erg ziek toen ik na 3 dagen ging kijken.Nu laat ik het nooit meer zo ver komen