Dat nam je dan maar…

Als kind al smulden we van de verhalen over zijn jeugd. “Wilt u vertellen over vroeger?” En dan stak hij van wal. Dat we vaak dezelfde verhalen hoorden, maakte ons niets uit; we konden er niet genoeg van krijgen. Vooral de verhalen over de oorlog vonden wij spannend. Maar ook over hoe het er thuis aan toeging, met elf kinderen in een piepklein huis.

De laatste jaren hoef ik hem er niet meer naar te vragen; de verhalen komen vanzelf. Ze worden niet meer aangedikt; hij vertelt niet om mij te vermaken. Nee, hij vertelt omdat hij zich hardop dingen afvraagt. Omdat hij zich verbaast over hoe alles is gegaan. Omdat hij zich realiseert dat alles met alles te maken heeft. Dat dingen gaan zoals ze gaan, dat je in het leven niet overal grip op hebt. Dat je het leven niet naar je hand kunt zetten. Gedane zaken nemen geen keer. Het zijn nog steeds mooie verhalen, maar anders. Hij is wijzer geworden, milder. En ik kan er mijn voordeel mee doen. Het is leerzaam om deze gesprekken te voeren. Zwaarwichtig wordt het nooit; hij weet tenslotte toch alles te relativeren en de humor speelt nog steeds een grote rol.

Als ik na zo’n bezoek naar huis rijd, heb ik veel te overdenken. Maar ook realiseer ik mij dan, dat dit eens ophoudt. Want ook al is hij nog net zo’n charmeur als vroeger, al interesseert hij zich nog steeds voor nieuw uitgekomen filosofische boeken, en al doet hij net of ze niet tellen, de jaren gaan hard. Om het maar ronduit te zeggen: hij is een oude man.

En dan, op een dag, leg ik het minuscule opnameapparaatje voor hem op tafel. Hij kijkt er bevreemd naar. Terwijl ik een bandje uit het cellofaan peuter, leg ik uit wat ik van plan ben. “Vertel, pa”, zeg ik gretig, “vertel nog eens over vroeger. Dit apparaatje neemt alles op en dan zijn uw prachtige verhalen veilig gesteld voor het nageslacht.” Even kijkt hij bedenkelijk. Zo belangrijk is het immers niet, wat hij te vertellen heeft. Ik waag dit te betwijfelen en na wat hints is hij al snel op dreef en is hij het recordertje vergeten.

Veel van wat hij vertelt, heb ik vaker gehoord. Dat is fijn, de vertrouwde verhalen. Maar ik hoor ook nieuwe. Nu hij er echt voor gaat zitten, komt er meer dan ik had gedacht.
Na een uur vinden we het allebei welletjes, het moet leuk blijven, tenslotte. Ik berg alles op. Het bandje zal ik thuis proberen uit te werken tot een goedlopend verhaal.

En dat heb ik gedaan. Al een aantal jaren geleden inmiddels. Nu ik het weer eens doorlees, stuit ik vanzelf op dat nare laatste stukje tekst, waardoor mijn hart samen knijpt:

“Ik heb met van Veen, toen ik bij hem in dienst was als slagersknecht, regelmatig na het werk hele gesprekken gevoerd. Diepzinnige gesprekken, over van alles en nog wat. Gesprekken zoals vader en ik nooit hadden. Toen ik daarover eens iets tegen moeder zei, antwoordde zij dat vader mij niet mocht, omdat ik naar haar vader was vernoemd, die hij ook niet mocht. Tja, en dat nam je dan maar zo…”

Ik schuif de papieren in het mapje. Hij nam het maar zo en is verder gegaan met zijn leven. Toch moet het invloed op hem hebben gehad.
Maar ondanks deze slechte ervaring (of misschien zelfs juist daardoor), is hij altijd een sociaal mens, een liefhebbende echtgenoot, een goede vader, een fijne opa en een trotse overgrootvader geweest.

En daar ben ik hem dankbaar voor.

16 gedachten over “Dat nam je dan maar…

  1. Ik heb net het boekje ‘onverslijtbaar’ uit, met verhalen van mensen van in de 90 over hun leven. Een erg leuk boek. En dan denk ik, ik mis dat, verhalen van echte mensen het echte leven. Altijd gehad al. haha

    • Ja, vreselijk hè, dat een moeder zoiets doet. Ze dacht waarschijnlijk dat ze er goed aan deed het te verklaren, maar dat pakte natuurlijk anders uit.

      • Ja , als kind verwerk je dat toch anders . Gelukkig heeft je Vader alles in het positieve omgezet wat een grote aanwinst was voor je moeder, jullie en kleinkinderen.

  2. Wat een verdrietig stukje en helaas was hij niet het enige kind in die tijd dat te lijden had onder “het niet vernoemen”. Heel erg dat het juist de kinderen aangerekend werd, zij konden er immers niets aan doen. Maar wat geweldig dat je op dit idee kwam, heel bijzonder om te hebben.

    • Ja, diep triest vind ik het. Ook al dat zijn moeder er goed aan denkt te doen ronduit te vertellen hoe het zit. Maar, het heeft nog een leuk staartje. In ons gezin is mijn oudste broer vernoemd naar die bewuste opa (G). Mijn jongste broer is niet vernoemd naar de vader van mijn moeder. De ‘bewuste’ opa (G dus) heeft hem nooit bij zijn naam willen noemen. Hoe kortzichtig kun je zijn. Mijn vader heeft me ooit verteld hoe ze mij hadden willen noemen als ze het hadden aangedurfd mij niet te vernoemen. Onze dochters zijn ook niet vernoemd. Dit veroorzaakte over het kraambed heen een enorme ruzie tussen mijn echtgenoot en zijn oma. Je ziet, het is wel ‘een dingetje’ in onze familie! 🙂

      • Dat kwam vroeger helaas heel veel voor, ik ken het alleen bij één van mijn zwagers waar dat speelde . Het gaf geen problemen omdat er steeds keurig vernoemd werd, ook tegen heug en meug.
        Maar ik moet zeggen dat het leuk was om te zien dat in de stamboom van Henk twee eeuwen lang steeds om en om de zelfde naam voor kwam, steeds een Dominicus Petrus na een Hendricus Petrus. Onze zoon hád dus Dominicus Petrus moeten heten. Op dát moment was die stamboom nog niet uitgeplozen , ik weet niet wat ik anders gedaan zou hebben want nu denk ik “het had wel iets”als je het zo op papier ziet staan. Maar wij zijn nooit onder druk gezet, niet voor de naam en niet voor het geloof.
        Dat heb ik altijd erg gewaardeerd in mijn schoonouders.

  3. Bij het lezen besefte ik dat mijn vader bijna nooit iets over de oorlog vertelde. Slechts één keer deed hij dat. Hij nam me mee naar een kast, haalde een doosje tevoorschijn, deed die open en schrok wat ik zag. Er lag een Ter Dood veroordeling in. Mijn vader moest werken voor de moffen maar vertikte dat. Op een dag stonden ze bij zijn ouderlijk huis voor de deur, vader wist onmiddelijk wat er aan de hand was, rende door de achterdeur weg en heeft een week onder een brug geslapen. Jammer dat dit zo ongeveer het enige was wat ik te weten ben gekomen over hoe mijn vader de oorlog heeft ervaren.

    • Dat is een heftig verhaal! De oorlog zal een traumatische ervaring zijn geweest voor je vader; dat kan misschien zijn zwijgzaamheid daarover verklaren. Jammer voor jou, natuurlijk. Mijn vader zat ondergedoken. Hij nam heel actief deel aan het verzet en was de vijand vaak te slim af. Dat was spannend en dat maakte waarschijnlijk dat hij er wel over wilde vertellen.

  4. Wat mooi dat je het zo gedaan hebt. In die tijd waren er best mensen die ‘naamziek” waren. Het heel belangrijk vonden na wie iemand vernoemd werd. Mijn moeder vertelde ook graag verhalen maar heb ze nooit opgeschreven. Best jammer. Heb nu nog wel eens dingen die ik zou willen vragen.

  5. Gaat u de verhalen nog eens publiceren?
    We zijn terug in Nederland na een avontuur in het buitenland. Hier en nu ben ik allemaal blogs aan het (her,)ontdekken. Wat is goed internet toch een levensbehoefte geworden!

    • Dag Roy, leuk je hier op mijn blog te treffen. Wil je zeggen dat jullie van internet verstoken waren tijdens jullie buitenlandse avontuur?
      Wat bedoel je met publiceren? Een boek? Daar zit, denk ik, niemand op te wachten…
      En ja, de blogger moet toestemming geven voor het publiceren van reacties. Ik weet niet beter. Zolang ik dit blog heb (vanaf 2013) is dat zo.
      Heb jij zelf een blog? Groet, Corja

  6. PS
    Het valt op dat reacties bijna allemaal in overweging genomen worden.
    Dat was eerder nooit zo. Wat is er in die ca tien jaar veranderd?

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s