De ochtend ruikt naar herfst
Mussengetjilp, verder is het stil
Wat moet bloeien bloeit
Gemijmer bij een kop thee
Een heel leven als een dag
Die van gisteren bijvoorbeeld
Toen ik achterop -voeten op de stepjes
Mijn kinderhanden om zijn riem-
Door herfstig bos mijn jonge vader
Vergezelde naar de moestuin
Terwijl hij fluitend dor blad wegharkte
Andijvie en bieten oogstte
Volgde ik de aangestampte paadjes
De laatste zomerdagen
Niet ver van de boom valt een appel
Mijn kleindochter verheugt zich
Wieden en oogsten straks