
Een uitje op kosten van de NS, wie wil dat nou niet? Vriendin H en ik besloten onze vrij-reizen-dag zo goed (lees duur) mogelijk te besteden. Vanuit de Zaanstreek naar Helmond is een flinke reis. Het lukte bijna zoals we hadden gepland. Doordat de trein vanuit onze woonplaats net iets te laat kwam (de trein naar Amsterdam vertrekt over enkele minuten…. Ja, ja, heeft enkele minuten vertraging, zullen jullie daar bij de NS bedoelen), ging het overstappen in de hoofdstad iets minder soepel, zodat we flexibel en creatief onze reis moesten voortzetten.
Helmond, een bende bij het station. Alles ligt opgebroken. Na enig gezoek vinden we de juiste richting naar het centrum. Daar eerst koffie. Met vlaai, denken wij. Verkeerd gedacht; we worden vriendelijk maar beslist terecht gewezen: dit is Brabant, voor Limburg hadden we in Eindhoven richting Weert moeten gaan. Ter compensatie een heerlijk gebakje van de plaatselijke banketbakker. De Brabantse gezelligheid is voel- en hoorbaar. En, lekker opgewarmd, durven we het aan met de verrassingstocht te beginnen.

Natuurlijk was het optimaal profiteren van de NS niet onze enige reden om deze stad te bezoeken. Architectonisch schijnt er ook heel wat te zien te zijn. En jawel. Net buiten het centrum ontdekken we de kubuswoningen van Piet Blom. Andere kleurstelling dan in Rotterdam: daar geel, hier groen. Een mooie opstelling in een halve cirkel op een pleintje.

Door de hele binnenstad is een beeldenroute aangelegd. Intrigerende beelden en beeldjes. We verbazen ons steeds meer; wat we ook hadden verwacht van Helmond, dit zeker niet.

Het Gemeentemuseum is verdeeld over twee locaties: een oud gedeelte, wat heel toepasselijk in een kasteel gevestigd is en een totaal nieuw gebouw, de Boscotondohal. Het kasteel bezoeken we het eerst. Daar bekijken we de vaste expositie over het ontstaan van Helmond, de collectie Stadshistorie. Veel deurtjes, luikjes, geluiden. Veel zelf doen, interactief, zoals dat tegenwoordig heet. Voor kinderen (kids, volgens het gidsje….) heel begrijpelijk en leuk. En dit is de grote doelgroep. Hele schoolklassen kunnen hier hun hart ophalen.

Op de bovenverdieping, met de licht krakende parketvloer, wacht ons weer een verrassing. Hier is de collectie ‘Mens en Werk’ te vinden: schilderijen, tekeningen, foto’s, van de 19e eeuw tot nu. Bekende schilders uit binnen- en buitenland zijn hier vertegenwoordigd: Jan en Charley Toorop, Bart Van Der Leck, Cas Oorthuijs, Käthe Kollwitz, Pisarro. De robuuste opstelling geeft het geheel een ambachtelijke uitstraling. We drinken, nee, we slurpen het in. Als het hierbij zou blijven, waren we al dik tevreden, met dit aan de NS ontfutselde uitje. Maar we gaan voor het totaal.

Na een heerlijke lunch – ja, we moeten nog even – staat het nieuwe museum, De Boscotondohal, op het programma. Een prachtige plek, ook deze buurt is architectonisch zeer de moeite waard. Je verwacht niet, en dat is natuurlijk een verkeerde aanname, begrijpen wij direct, dat er hier, in het zuiden, zulk bijzonder werk te vinden is. Maar waarom ook niet. Onze vooroordelen stellen we direct bij.
Voor de balie staat op een standaard een dik fotoboek over Mandela. Als eerbetoon aan deze geweldige man. Het is nog maar een week na zijn overlijden. Later zullen we zien dat er in dit museum nog een link naar hem te vinden is.
We hebben niet heel veel tijd meer om uitgebreid de expositie: Kanaalwerken te bekijken, maar we starten vol goede moed. Weer worden we aangenaam verrast. Moderne kunst in zijn beste gedaante. De opstelling over het graven van de Zuid-Willemsvaart (door Theo van Keulen) spreekt zeer tot de verbeelding. En de foto’s die dit begeleiden, getuigen van een groot gevoel voor humor van de kunstenaar; we zien bevriende kunstenaars, die voor de foto bereid waren om een gat in hun eigen tuin te graven.

Vooral prachtig vind ik het laboratorium van Olaf Mooij. In drie geschakelde metalen stellingkasten staat van alles op sterk water. Goed kijken is een must: het zijn apothekerspotten met plastic autootjes, maar ook met sinaasappelnetjes, stekkertjes! Speelgoedauto’s in nog meer gedaantes, als fossiel bijvoorbeeld.


Ook de werken die van glanzend satijnen paspelband in elkaar zijn gezet zijn prachtig. De werking van het licht heeft een bijzonder levendig effect en geeft diepte en schaduw. Martin Fenne, geïntrigeerd door het moeizame bestaan van vluchtelingen in Nederland, maakte deze opvallende creaties.

In een aantal werken, o.a. in dat van Misja van Daal (ooit ontwerper van dessins), zien we een verwijzing naar de Vliscofabriek, die hier in Helmond gevestigd is. Hier worden de stoffen met Afrikaanse prints ontworpen en gefabriceerd. Veel vrouwen in Afrika zijn er gek op en maken hun kleding graag van deze uit Nederland afkomstige stoffen. En ziehier de aangekondigde link naar Mandela.

We blijven tot sluitingstijd. Het is inmiddels donker. Op de route naar het station lopen we langs de Vliscofabriek. De laatste verrassing van vandaag.
We voelen ons als de twee winkelende vrouwen, het beeldje dat we aan het begin van de dag al zagen. Maar onze bagage is van immateriële aard. Hier kunnen we weer lange tijd op teren.
