Digitaal pesten

vingerhoedskruid“Hoe vaak heb ik het nu al gezegd!” Zijn vuist landde dreunend op tafel. Gerinkel van porselein. Wijn spatte uit de glazen. Kaarsen flakkerden. Zij sloeg de ogen neer. Ze wist wat er ging komen: één lange tirade op haar kookkunst. Ze had haar best gedaan, zoals altijd. Maar uiteraard had hij weer van alles aan te merken. Elke maaltijd was een bezoeking. Nooit was het eens een keertje naar zijn zin, altijd had hij commentaar. De spruitjes te gaar, de bieten te rauw, de soep te zout, de pudding te zoet. En wanneer ze zeker wist dat alles op de juiste manier was bereid, dan was de wijn te koud, te warm, of gewoon niet passend bij het gerecht.

Ze liet hem razen. Wat moest ze anders. Elk weerwoord van haar leverde weer een nieuwe stortvloed aan negatieve superlatieven op.
Moest het beter? Dan zou het beter! Terwijl hij onverstoorbaar doorging met zijn geschreeuw, zon zij op een manier om hem gunstig te stemmen. Al kon hij maar één keer waarderen wat ze hem voorschotelde. Met grote slokken leegde zij haar glas rode wijn en schonk zichzelf opnieuw in. Morgen zou ze iets maken waar hij steil van achterover zou slaan.

“Lieverd, eten!”, riep ze tegen de dichte deur van de studeerkamer. Hij verscheen met een stuurs gezicht aan tafel, propte zijn servet tussen zijn boord en liet zich opscheppen. Natuurlijk, er dreven te veel vetoogjes op de ossenstaartsoep.
“O, schat, sorry, ik vergat je mijn geweldige amuse te serveren.” Op de zilveren lepel lag een zachtpaarse bloem, gevuld met geitenkaas, bedropen met honing en bestrooid met gehakte walnoot. Hij stond verbaasd: zoiets bijzonders had ze nog nooit voor elkaar gekregen.

Ze huiverde, toen hij langzaam kapseisde en met stoel en al tegen de grond smakte. De rode wijn was iets te koel.

——————————————————————————————————————-

Dit is een verhaal in de serie WE-300, een schrijfuitdaging van Plato (Hier kun je meer leuke, spannende, bijzondere WE-verhalen vinden, of zelf meedoen). Het werkt als volgt: Schrijf een tekst van 300 woorden, waarin het sleutelwoord niet mag voorkomen. In dit geval was het verboden woord: kwaliteit.

De foto van de digitalis (vingerhoedskruid) komt van het internet.

Over smaak valt te twisten – ofwel de bemoeizucht van AH

Opeens viel het me op. Ik kocht een netje walnoten bij onze nationale grootgrutter. Omdat ik nieuwsgierig was naar de herkomst, las ik de label. En dat was maar goed ook, ik had anders nooit geweten hoe ik tot de kern had moeten doordringen. Ik stuitte namelijk op de bereidingswijze: kraak de noten met een notenkraker. Daar zou ik nou nooit zijn opgekomen.

Mijn interesse was gewekt.
We hoeven ons niet meer af te vragen hoe appels moeten worden “bereid”, het staat op de zak. De smaak is ook al bepaald, want volgens de kenners die zijn ingehuurd door AH om wat voorwerk te doen: deze elstars zijn friszoet en aromatisch!

Een rondje over de groenteafdeling leverde het volgende (voorlopige) resultaat op:

Lichtpittige en peperachtige rucola
Milde wijnzuurkool
Friszoete en knapperige witte druiven
Friszoete en aromatische elstar (bereiden: de appel wassen en eventueel schillen)
Veelzijdige en iets kruimige aardappelen
Zoete wortelen
Lichtscherpe en middelgrote uien
Geurige en zoete trostomaten
Kruidige spinazie
Frisse en knapperige bleekselderij
Knapperige en zoete Chinese kool
Scherpe knoflook

Frisse en sappige cherrytomaten
Zachte en nootachtige veldsla
Milde en bittere Hollandse spruiten
Zachte en sappige botersla
Walnoten, bereiden: kraak ze met een notenkraker
Friszoete en sappige perssinaasappelen

DSC06694

Toch heb ik me vorige week door een net sinaasappels heen gewerkt waar kraak noch smaak aan zat. Mijn typering zou in dit geval zijn: muf en flauw.
Bedankt, proevers van AH, maar ik word graag verrast door kraak en smaak. Morgen toch weer eens naar de markt!